Verschenen in de Nieuwsbrief Autonoom Leiderschap (LinkedIn) – 10 november 2024

Psychologische veiligheid klinkt mooi, maar op hoeveel werkplekken is het echt goed geregeld?

Psychologische veiligheid betekent dat we ons veilig voelen om onze ideeën, zorgen en emoties te delen zonder angst te hebben voor negatieve gevolgen. Dit zorgt voor een sfeer waarin we vrijuit onze gedachten uitspreken, onbevangen onze vragen stellen en ontspannen onze fouten benoemen zonder het risico dat we worden veroordeeld, uitgelachen of buitengesloten.

Van abstract begrip naar werkwoord

Vrijuit onze ideeën, zorgen en emoties delen. Vrijuit onze gedachten uitspreken, vragen stellen en fouten benoemen. Het zijn belangrijke ingrediënten voor een sterke teamband, ongoing creativiteit en een veerkrachtige groeimindset.

Redenen genoeg om in dit artikel het begrip psychologische veiligheid nog eens nader onder de loep te nemen. En dan niet als abstract begrip, maar als concreet werkwoord. Een werkwoord dat van ons allemaal -of we nu teamlid zijn of voorste vogeltje- voortdurend aandacht, inspanning en afstemming vraagt.

Waar het begint

Psychologische veiligheid herkennen we als eerste in het gevoel dat we onszelf kunnen zijn, we hoeven ons niet anders voor te doen dan we ons van binnen voelen. Vanuit de lens van ons autonome zenuwstelsel bekeken, is dit ‘onszelf zijn’ pas mogelijk wanneer dit autonome systeem in ons in zijn chillzone zit.

Zit ons autonome zenuwstelsel lekker in zijn chillzone? Dan voelen we ons fysiek, emotioneel en mentaal veilig. Onze ademhaling is rustig en onze hartslag is kalm en regelmatig. We voelen ons lijf en onze emoties zonder dat we erdoor overweldigd raken. We kunnen helder denken en we delen vrijuit onze ideeën en wat er in ons omgaat.

Van veilig naar onveilig

Voelt ons autonome zenuwstelsel zich echter onveilig door bijvoorbeeld een scherpe opmerking, een onverwachte wending of een ongemakkelijke situatie? Dan geeft onze veiligheidsradar een alarmbliep en schieten we uit deze relaxte chillzone. Zonder dat we het in de gaten hebben, komen we in een vecht-, vlucht- of bevriesmodus terecht. Met grote gevolgen voor onszelf en ons team.

Van het ene op het andere moment vertonen we vluchtgedrag: we houden dat toffe out-of-the-box idee voor onszelf, kijken weg wanneer we iets zien dat ons niet aanstaat of slikken die ene kritische kanttekening maar liever in. Of we gaan vechten: we raken om de kleinste dingen geïrriteerd, onderbreken te pas en te onpas het verhaal van onze collega’s of zijn ineens druk met landje-pik. En voelt ons autonome zenuwstelsel zich zo onveilig dat het overweldigd raakt? Dan vertonen we ineens bevriesgedrag: we verstarren, raken onze stem kwijt of raken in paniek. Of we verlammen, isoleren onszelf of geven onze pogingen op ‘want het heeft toch geen zin.’

Allemaal triggerreacties die worden aangestuurd door ons autonome zenuwstelsel dat zich, om wat voor reden dan ook, onveilig voelt. Vanuit ons autonome zenuwstelsel bekeken, begint psychologische veiligheid dan ook bij het online hebben -en houden- van onze chillzone.

Werkwoord

Psychologische veiligheid als werkwoord begint dus bij een stevige chillzone. Begint, want met onze chillzone online vóelen we ons niet alleen veilig, we zenden vanzelf ook signalen van veiligheid uit. Signalen die onbewust weer worden opgepikt door de autonome zenuwstelsels om ons heen. Win-win dus.

Nu dat werkwoord. Om onze chillzone online te krijgen, moeten we allereerst de (trigger)taal van ons eigen autonome zenuwstelsel leren verstaan. Een persoonlijke taal die zich innerlijk uit in onze gedachten, emoties en fysieke sensaties en zich aan de buitenkant laat zien in ons gedrag, onze houding en de woorden die we spreken. Tijd voor een paar voorbeelden.

Vechtstand

Merk je dat je geïrriteerd raakt en steeds minder kan hebben? Goede kans dat de veiligheidsradar van je autonome zenuwstelsel een alarmbliep heeft gegeven in reactie op een opmerking of blik van een collega. Of mogelijk ben je moe aan het worden en wordt je chillzone daardoor kleiner. Je autonome zenuwstelsel raakt hierdoor sneller getriggerd en besluit dat zijn vechtstand maar beter online kan blijven.

Vluchtstaat

Denk je ‘ik kijk wel uit’ wanneer je teamleider aangeeft dat ze graag jullie tips hoort ter verbetering? Redelijke kans dat je veiligheidsradar nét iets te vaak heeft gesignaleerd dat jouw tips meteen werden afgeserveerd of dat ze later tegen je werden gebruikt. Ons inhouden of terugtrekken is dan in de ogen van ons autonome zenuwstelsel de beste reactie om te overleven.

De baas in huis

Nu hoor ik je denken: “Huh, overleven? Beetje sterk uitgedrukt Dominique.” Op het eerste gezicht ben ik het met je eens. Per slot van rekening gaat het op ons werk niet over ‘eten of gegeten worden’ en hebben we als sociaal opgevoed mens geleerd om voorbij ‘het recht van de sterkste’ te kijken.

Ons autonome zenuwstelsel denkt hier echter anders over. Ook al weet onze ratio echt wel dat ons werk geen jungle is, ons autonome zenuwstelsel leeft evolutionair gezien nog steeds volgens die oeroude junglewetten. Dagelijkse krachtmetingen om te bepalen wie de ‘baas’ is. Voortdurend onze omgeving scannen op signalen van mogelijke dreiging. Ons klein maken (of juist boos worden) wanneer we schrikken. Ons autonome zenuwstelsel heeft hiermee maar één doel voor ogen: overleven.

Met deze overlevingsbril op scant dit autonome systeem voortdurend onze werkomgeving. Is deze vergadering veilig? En de inhoud van dit mailtje? En hoe zit het met die nieuwe collega, kan ik hem vertrouwen? Sociaal opgevoed of niet, ons autonome zenuwstelsel is nog steeds de baas in huis.

Geen ‘one size fits all’

Hiermee komen we bij een extra uitdaging in het vergroten van de psychologische veiligheid op de werkvloer. Onze ervaring van psychologische veiligheid wordt niet alleen aangestuurd door ons autonome zenuwstelsel, het is hierdoor ook nog eens een volkomen individuele beleving. Afhankelijk van onze ervaringen uit het (verre) verleden zijn de veiligheidsradars van onze autonome zenuwstelsels verschillend afgesteld.

Hoe dit eruit kan zien?

Misschien moet ik hartelijk lachen om dat ene net-op-het-randje-grapje van een collega en voel ik tegelijkertijd de collega naast me verstijven van schrik. Of zie ik een andere collega goedmoedig reageren op een plagerijtje en staat mijn hoofd klaar met een ‘als ze maar niet denken dat ík dit ga pikken!’. Of kan mijn teamgenoot prima verbeter-ideeën aanhoren van onze teamleider, terwijl ik in paniek raak bij de gedachte dat ik de volgende ben.

Psychologische veiligheid is geen one size fits all. Wat voor mijn autonome zenuwstelsel veilig voelt, kan voor mijn collega juist een trigger betekenen en andersom.

Ripple effect

Voor een teamervaring van psychologische veiligheid is nóg een eigenschap van ons autonome zenuwstelsel van belang: zijn natuurlijke ripple effect.

Voelt mijn autonome zenuwstelsel zich veilig? Dan zit ‘ie in die fijne, op verbinding gerichte chillzone en stuurt hij vanzelf veilige signalen uit. Mijn gezicht is beweeglijk, mijn ogen staan helder en maken ontspannen oogcontact. Mijn stem klinkt warm en melodieus en mijn hele spiertonus is ontspannen. De veiligheidsradars van mijn collega’s pikken deze veiligheidssignalen op en komen daardoor ook stevig in hun chillzone. Wat weer een versterkend effect heeft op de chillzone van ons team als geheel.

Nu andersom. Voelt mijn autonome zenuwstelsel zich -om wat voor reden dan ook- onveilig? Dan schiet hij uit zijn chillzone en gaat hij vechten, vluchten of bevriezen. De veiligheidsradars van mijn teamgenoten signaleren deze triggerstaat onmiddelijk en geven op hun beurt een alarmbliep. Met ook weer een triggerstaat tot gevolg. Zonder dat we het in de gaten hebben, raken we als team in een zichzelf versterkende triggervortex.

Dit doet me denken aan die keer -ik zat net als junior bij een salesteam- dat onze teamleider met een strak gezicht de vergaderruimte in kwam. De goedmoedige grapjes die net nog over en weer gingen, vielen stil. Om mij heen werd met stoelen geschoven, pennen en papieren werden recht en nog eens recht gelegd. Dat onze teamleider vervolgens, zonder oogcontact te maken, de agenda die voor hem lag oppakte en de vergadering met een ongeduldige zucht opende, vergrote de spanning nog meer. Ieders veiligheidsradar bleef de rest van de tijd op standje alert. Met gevolg: de gezichten om mij heen gingen steeds meer op strak, stemmen werden scherp en kortaf en de dialogen werden steeds meer staccato. En ik? Ik bleef stil, maakte me klein en had pijn in mijn buik. Als team waren we in een triggervortex terechtgekomen.

Zelfregulatie

Hoe blijven we nu weg van zo’n triggervortex?

Voor het antwoord op deze vraag gaan we nog even terug naar die teamleider van zojuist. Wat blijkt: kort voor onze vergadering had hij te horen gekregen dat hij, ondanks zijn overvolle agenda, het komende kwartaal de taken over moest nemen van zijn zieke collega. En nee, ‘nee zeggen was geen optie’. Zijn autonome zenuwstelsel, getriggerd door het gesprek en de uitkomst ervan, stond flink in de vechtstand.

Had hij zich dit gerealiseerd, dan had hij het kwartier dat hij nog overhad voor onze vergadering gebruikt om zijn autonome zenuwstelsel terug te reguleren naar zijn chillzone. Dan had hij zijn emoties van onmacht en woede door zich heen laten golven en daarna misschien een paar push-ups gedaan of een paar stompen in de lucht gegeven om de laatste vechtimpulsen uit zijn systeem te krijgen. En had hij dit regulatie-kwartiertje afgesloten met een korte ademhalingsoefening, omdat hij wist dat dit voor hem de beste manier was om zijn chillzone weer helemaal online te krijgen. Een chillzone die hij nodig had om de komende vergadering een veilige basis mee te geven.

Wat we kunnen doen

Of we nu teamleider zijn of teamlid, psychologische veiligheid begint bij onszelf: bij het leren kennen van de (trigger)taal van ons autonome zenuwstelsel, het actief werken aan onze zelfregulatie en het online houden van onze chillzone. Dan ervaart ons autonome zenuwstelsel vanzelf veiligheid en zal het daarmee veilige signalen uitzenden naar de zenuwstelsels van onze collega’s.

Wanneer we dit ieder voor zich én in ieder moment beoefenen zal het ‘zenuwstelsel’ van ons team automatisch in zijn chillzone komen. En zal vanzelf die fijne sfeer ontstaan waarin we vrijuit onze gedachten uitspreken, onbevangen onze vragen stellen en ontspannen onze fouten benoemen.

Psychologische veiligheid: chillzone@work.