Zelfzorg en zou moeten

Terug

‘Ik zou eigenlijk een poetsronde moeten doen, een blog moeten schrijven, mijn zieke vriendin moeten bellen. Of nee wacht, een intervalrondje park. Dat heb ik deze week nog niet gedaan.’

Het is zondagmorgen en ik zit in de tuin. ‘Lekker herfstzonnetje dit’, ik zak nog eens lekker onderuit. ‘Zacht briesje erbij, niks meer aan doen’.

‘Wacht even … niks meer aan doen?’ Terwijl ik dit denk, komt meteen die ‘ik zou eigenlijk moeten’-gedachte mee. Mijn werkbrein denkt er duidelijk anders over. Zucht. Hijs ik mezelf overeind of niet?

‘Zou eigenlijk moeten’. Inmiddels weet ik dat dit een fightgedachte is. En hier blind gehoor aan geven een triggerpatroon van mijn autonome zenuwstelsel. Dit wil ik niet meer. Ik besluit om mijn systeem terug te reguleren naar zijn chillzone. Pas dan kan ik voelen waar ik vandaag écht zin in heb. Ik sluit mijn ogen en richt mijn aandacht naar binnen.

Ik ontdek onrust in mijn hoofd: gedachten vertellen dat er nog zoveel-zoveel te doen is. En er zit spanning in mijn lijf: mijn kaken klemmen, mijn adem zit hoog en mijn borstkas geeft mijn longen niet de ruimte die ze nodig hebben. Ineens voel ik me benauwd. Getverdemme. Mijn wenkbrauwen fronsen, ik voel me onrustig en geïrriteerd worden.

Oké, kom maar dan. De onrust en de spanning in mijn spieren geef ik de ruimte. Mijn lijf reageert meteen. Mijn handen ballen zich tot vuisten. Mijn rug, mijn nek, mijn armen, alles spant aan. Een paar tellen houd ik de spanning vast. Laat weer los. En wacht.

Opnieuw komt er een aanspanimpuls. Deze keer doen ook de kleine spiertjes in mijn gezicht mee. Ze maken een grimas. Mijn keel schreeuwt zonder geluid. Mijn handen klemmen zich om de armleuningen en mijn bovenlijf helt naar voren.

Dan komt er een diepe zucht. En nog eentje. Mijn autonome systeem begint te ontspannen. Terwijl ik wacht of er nog meer spierimpulsen komen, luister ik naar het ruisen van de blaadjes in de boom voor me. Naar het geluid van spelende kinderen bij de achterburen. Naar het zoemen van een bezige herfstbij. Dat ik dit allemaal net niet hoorde en nu wel, is een signaal dat mijn chillzone weer in de upstand komt.

En mijn systeem is nog niet klaar met zichzelf reguleren. Mijn nek spant nog een keer aan. Mijn schouders ook. Ik geef mee en wacht tot ze weer ontspannen.

En dan komt het. Ineens voel ik een druk midden op mijn borstkas, ik leg mijn linkerhand erop. Meer aandacht heeft mijn autonome zenuwstelsel niet nodig. Een golfje verdriet komt op. Een traan, gevolgd door een zucht. En weer een traan.

Of ik moet weten waar dit verdriet over gaat? Nee. Mijn autonome systeem heeft deze gevoelsgolf blijkbaar nodig om zijn balans te herstellen en terug te komen in zijn chillzone. Dus ruimte geven maar.

Traan. Zucht. En weer een traan. Terwijl ik deze golfjes toesta komen momenten van afgelopen week voorbij. Momenten waarin rake dingen werden gezegd en belangrijke besluiten werden genomen. In deze momenten waren mijn ratio en emoties het roerend met elkaar eens; alles leek oké dus.

Leek, want de spanning die nu vrijkomt vertelt me iets anders. Blijkbaar hadden deze gesprekken en besluiten een grotere impact op mijn autonome systeem dan ik op dat moment in de gaten had. Een impact die toen spanning gaf en er nu alsnog uit wil.

Ik ben een kwartiertje verder, de emotiegolfjes zijn uitgegolfd. Nog even loop ik mijn lijf na, is het nu oké en weer ontspannen? Mijn adem is weer ruim en gaat tot in mijn buik. Check. Mijn armen en handen zijn weer ontspannen. Check. Mijn hoofd, nek en rug liggen nu rustig tegen de rugleuning en warme tintelingen bewegen van mijn nek naar mijn kruin. Check. Mooi, dit betekent dat mijn chillzone weer online is.

En met mijn chillzone online is nu ook mijn lichaamsbewustzijn aangescherpt. Nu kan ik voelen hoe moe ik ben van afgelopen week. Hoe zwaar mijn hoofd is van het denken. En hoe gevoelig mijn nek en schouders zijn van het volhouden.

Oké het is duidelijk, tijd voor zelfzorg. Nu stel ik mezelf de vraag die ik afgelopen week meerdere keren aan mijn coachees en studenten stelde: ‘wat heeft mijn systeem nu nodig?’.

Met mijn chillzone online weet ik het antwoord meteen: alle tijd nemen om het warme herfstzonnetje op mijn gezicht te voelen. Een lekkere kop thee erbij pakken. Een fijn boek. Kat Baloe kroelen, naar de blauwe lucht kijken en genieten van het zonlicht op herfstbloemen en hun nog-net groene blaadjes.

En die ‘ik zou moeten’-gedachten van die poetsronde, die blog en mijn zieke vriendin? Die zijn stil. Morgen is er weer een dag.

Nu even niet.