Zondagmorgen

Terug

Zondagmorgen, een zomerse lentedag. Ik zit in mijn tuin. Lila’s, gelen en roze- en paarstinten mengen zich met kleine bloempjes wit. Er klinkt een duif. Dan een merel. Tussendoor het tevreden kirren van mijn babybuurmeisje.

Zoemende bijen, blauwgroene libellen en twee geelwitte vlinders zijn druk met doen. Ik niet. Ik heb een lege agenda vandaag.

Mijn lief laat me favorieten horen uit zijn schatkist van muziekmoois: Acda en de Munnik, Evanescence, Hozier. Herman van Veen. Bløf ook. En Live.

Het ene fijne liedje na het andere komt voorbij terwijl ik kijk naar de bewegende kleuren om mij heen. Mijn hele lijf kijkt en luistert mee. Mijn huid. Mijn buik. Mijn longen. Warmte golft uit mijn borstkas omhoog en wordt vanzelf een glimlach.

In gedachten maak ik een mental note: dit is zo’n moment van dichtbijgeluk (ja, een nieuw woord 😉) om me te herinneren als chillzone-anker.

Ik luister verder. Deze singer-songwriters schreven poëzie. ‘Sometimes it’s hard to breath at the bottom of the ocean’. En ‘als op een dag de carrousel eens stil staat, wil dat zeggen dat ik dan echt op reis mag gaan?’ Of deze: ‘There is no sweeter innocence than our gentle sin’.

Oe… mooi. Op repeat. Ik luister nog eens. In mijn hoofd loopt er nu een zenuwstelsel-ondertiteling mee.

‘Sometimes it’s hard to breath at the bottom of the ocean’. Ik knik. Ja, emotiegolven kunnen ons autonome zenuwstelsel triggeren en het weefsel rond onze longen laten verstrakken. Weg adem.

‘Als op een dag de carrousel eens stil staat, wil dat zeggen dat ik dan echt op reis mag gaan?’ Ik glimlach. Pas wanneer het rennen van onze frantic freeze-staat stopt, komen we in onze chillzone. En kunnen we waarachtige keuzes maken.

‘There is no sweeter innocence than our gentle sin’. Zucht. Wat een prachtige zin. Onbevangen onschuld kunnen we alleen voelen wanneer ons autonome zenuwstelsel stevig in zijn chillzone zit. Ongeacht of wat we eerder deden handig was of niet.

Zoals steeds wanneer mijn creabrein schoonheid ontmoet, ploppen vanzelf ideeën omhoog. Zoals deze:

“Ik ga een theatermiddag geven over het autonome zenuwstelsel en spiritualiteit en daar komt dit lied in terug. En deze…. en deze.”

Lief knikt. “Volgend jaar toch?”

“Nee, volgend jaar wordt het thema Emosurfen. Spiritualiteit wordt 2025.”

Ik ben even stil. In gedachten hoor ik deze muziek in het theater door de Dolby Surround komen. Eerst een zachte intro. Dan het crescendo. Dan weer klein en verstild. Ieder woord spot on. Ik zie de deelnemers zitten. Hun ogen dicht om nóg beter te kunnen luisteren.

Ik vertel het mijn lief. Hij knikt opnieuw. En zoekt een volgend nummer op: ‘Run to the water’ van Live.

Ed Kowalczyk zingt “Today we lived a thousand years and all we have is now.”