Zelfzorg vraagt anders durven zijn

Terug

“Wat heeft je fysieke systeem nu, op dit moment nodig? Schrijf maar op.”

Stilte. Pennen krassen over papier. Ik luister ernaar en kijk naar de ochtendzon die door de hoge ramen naar binnen valt. Vandaag is de eerste lesdag van het jaartraject Persoonlijk Leiderschap. We hebben het over autonomie – de basis van persoonlijk leiderschap.

“Zelfzorg is één van de pijlers van jouw autonomie.” Instemmende geluiden rondom. “… dat je doet wat jouw fysieke systeem in het moment nodig heeft”. Jaja, anders kan je nooit goed je eigen waarden en wetten leven. Natuurlijk.

Terug naar de vraag ‘wat jouw systeem op dit moment nodig heeft’. Een rondje antwoorden: even bewegen, toilet, een glas water. Ons lichaam is niet zo ingewikkeld.

“Ga maar doen dan.” De stilte die valt is verbijsterd. “Huh?! Nu ?! Maar… kán dat wel? We zitten toch midden in de les?”

Voelen wat je fysieke systeem van moment tot moment nodig heeft is soms al lastig genoeg. Wie heeft bijvoorbeeld altijd in de gaten dat hij dorst heeft wanneer hij middenin een probleemoplossing zit? Ik niet. Als ik niet oplet kan ik uren achter mijn laptop zitten, om pas aan het einde van de dag te ontdekken dat ik DORST heb.

En dat is nog niet alles. Gehoor geven aan wat je zelfzorg nodig heeft is vaak een lastige tweede. Een cursist steekt zijn hand op: “Ja Dominique, dat kan natuurlijk niet altijd. Ben ik op kantoor bezig met een ingewikkeld dossier, merk ik dat ik naar buiten wil om even door te waaien. Toch doe ik dat niet. Ik ga niet buiten de pauze om een rondje doen.” Waarom niet? Stilte. “Dat kan ik niet maken, ze zullen zich afvragen wat ik ga doen.”

Ze. De anderen. De groep. In plaats van ik: wat ík nu nodig heb om mijn beste zelf te blijven.

Zijn reactie doet me denken aan die keer dat ik als jonge accountmanager tijdens de lunch een collega apart zag zitten met een koptelefoon op. De rest van het team zat verderop te lachen en grapjes te maken. “Hé Dominique, kom hier zitten!” Terwijl ik naar ze toe liep keek ik schuin naar mijn muziek luisterende collega. Stiekem was ik jaloers op hem. Omdat hij even lekker in zichzelf zat. Omdat hij even niet van zichzelf mee hoefde te doen met de rest. Later vroeg ik hoe dat voor hem was, zo alleen zitten. Hij keek me verbaasd aan en haalde zijn schouders op, “Dat had ik gewoon even nodig.”

Die zin ben ik nooit vergeten. “Dat had ik gewoon even nodig.”

Terug naar de cursist. Ok, niet naar buiten dus, wat doe je in plaats daarvan? “Ik haal een kop koffie en ga verder.” En als het dan nog niet lukt? “Een keer met mijn nek draaien en doorgaan.” Op mijn vraag hoe het aan het einde van zo’n dag met zijn energiepeil is, haalt hij zijn schouders op en krijg ik een scheve grijns. “Vroeg naar bed maar.” Wanneer ik nog even doorvraag blijkt hij op weg naar huis pas te voelen hoe gespannen zijn nek en schouders zijn en dat hij hoofdpijn heeft. Just another day at work.

Waarom is zelfzorg nu zo lastig?

Voor het antwoord neem ik je mee naar ons autonome zenuwstelsel. Onze bedrading is geprogrammeerd als een zoogdier en wil simpelweg bij de kudde horen. Conformeren wordt door ons autonome zenuwstelsel ervaren als veilig en wordt beloond met stofjes die ons lekker laten voelen. Anders zijn zorgt voor spanning en daarmee voor stresshormonen.

En toch is anders zijn soms nodig: om voor jezelf te zorgen en daardoor je beste zelf te kunnen zijn bijvoorbeeld. Dus staan de cursisten op. Gaan naar het toilet. Drinken dat glas water. Doen wat rekoefeningen. En gaan weer zitten. Het zal dit hele cursusjaar een oefening blijven.

Zelfzorg. De kern van een gezond functionerend autonoom zenuwstelsel.

Wil jij ook eens sparren over hoe jij jouw zelfzorg in de praktijk kan verbeteren? Stuur me een berichtje!