Neurale oefening

Terug

“Het is een neurale oefening.”

“Een watte?”

“Een neurale oefening. Dit boekschrijfproject.”

Mijn vriendin kijkt me aan met een gezicht vol vraagtekens. Tijd voor een aanvulling.

“Het schrijven van dit boek over Autonoom Leiderschap roept van alles op in mijn systeem: eindeloos uitstellen, bergen beren op de weg, mezelf willen bewijzen. Noem maar op.” Ik ben even stil. Voel hoe dit me frustreert.

“Je autonome zenuwstelsel vindt het gewoon onveilig.”

Ik grinnik. Ze heeft me vaker autonome-zenuwstelsel-taal horen spreken.

“Zeker weten. Vermoeiend hoor. Aan de ene kant voelen dat ik dit boek wil schrijven en aan de andere kant dit triggergedrag waardoor ik steeds vertraag en mezelf tegenhoud.”

Ze knikt. Iets graag willen en jezelf tegelijkertijd tegenhouden is ook haar niet onbekend.

“En wat is dan die neura-nog-wat oefening hierin?”

“Wanneer ik de neiging krijg om uit te stellen, of ineens beren op de weg zie of mezelf wil bewijzen, daar dan niet in meegaan. In plaats daarvan gaan voelen wat er op zo’n moment in mijn lijf en brein gebeurt. Welke triggergedachten er zijn, welke emoties en welke fysieke sensaties. En die dan rustig laten uitgolven zonder er verder iets mee te hoeven. Zodat mijn systeem weer chill wordt en ik rustig verder kan.”

Ik denk aan een woensdag nog niet zo lang geleden. Mijn wekelijkse schrijfdag. In plaats van ‘s ochtends meteen te gaan schrijven, ben ik tot in de middag druk met mailtjes en appjes. ‘Het is zakelijk dus verantwoord.’ Ik hoor het mezelf denken én ik vind er wat van. Natuurlijk vindt mijn brein er wat van. Mijn uitstelmodus is onderdeel van een beginnende freezestand en dan is mijn vechtstand met zijn oordeel nooit ver weg.

Ik vertel het voorval aan mijn vriendin. “Wat deed je toen?” “Heel hard ‘kak’ roepen.” Ze lacht, ziet het voor zich.

“Daarmee gaf mijn systeem lucht aan de frustratie die er was. By the way ook iets van mijn vechtstand; die frustratie. Daarna ben ik in de tuin gaan zitten en gaan voelen wat er van binnen aan de hand was.”

“En?”

“Mijn adem stokte, mijn borstkas trok naar binnen en de zijspieren van mijn nek werden strak. Toen ik dat verder toeliet ging mijn keel dicht en kwam mijn slokdarm klem te zitten.”

“Wow.. een hoop aan de hand daarbinnen.”

Ik knik. “Na een paar seconden merkte ik dat er een schreeuw naar buiten wilde. Zo eentje zonder geluid. En toen die eruit kwam begonnen mijn handen en vingers te schudden alsof ze iets kwijt wilden.” Ik doe het voor.

Haar wenkbrauwen gaan omhoog. “Echt?! Dat ziet er niet uit.”

Ik lach. “Ja klopt. Ons autonome zenuwstelsel doet wat ‘ie moet doen om zichzelf op zo’n moment te reguleren. Hierin zijn we net dieren.”

“En toen?”

“Dat herhaalde zich nog een paar keer: handen wapperen, armen die mee gingen doen en dat geluidloos schreeuwen.” Ik ben even stil. “Ken je de Haka? Dat dansritueel van de Maori’s? Op een gegeven moment wilde in dit schreeuwen mijn tong superver naar buiten. Net als in die dans.”

Weer ben ik stil, denk even na. “Blijkbaar zat er flink wat spanning in mijn systeem. In dit geval in mijn handen, in mijn keel én in mijn tong. Spanning waardoor mijn autonome zenuwstelsel bleef hangen tussen bevriezen en vechten en waardoor ik die dag maar bleef uitstellen.

Daarom noem ik dit boekschrijfproject een neurale oefening: ik ontdek waar in mijn autonome zenuwstelsel nog oude stress zit rondom schrijven en zichtbaar worden. Met mijn blogs van het afgelopen jaar heb ik hier al een heel stuk van doorvoeld en leren reguleren. Dit boek is voor mijn systeem blijkbaar next level.”

“Moet je dan niet weten waar dat vandaan komt?”

Ik schud van nee. “Graven is niet nodig. Dat is het mooie aan ons autonome zenuwstelsel; wanneer iets mij triggert brengt het vanzelf de stress naarboven die eronder zit en die gevoeld wil worden. Daarvoor heb ik de precieze oorzaak of het verhaal eromheen niet nodig.”

Mijn vriendin is benieuwd naar de afloop. “Oké en toen, wat deed je toen?”

“Toen ben ik achter mijn laptop gaan zitten, heb mijn lijst met boekonderwerpen erbij gepakt en ben gaan schrijven.”

“En… werd het wat?”

Ik glimlach. “Zeker. Een begin.”

Ben je benieuwd naar meer van mijn verhalen? Dan ben je van harte welkom bij mijn theatermiddag op zondag 29 oktober.