Mijn weg
TerugMijn weg gaat hierover: over in ieder moment mens uit één stuk zijn. Over het verbinden van mijn hoofd, hart en handen. Over het luisteren naar wat mijn fysieke systeem nodig heeft. Over het vinden en leven van mijn waarden. Over het steeds weer leven volgens mijn eigen kompas. Ongeacht verwachtingen of wat verstandig lijkt. Zelfkennis, zelfzorg en zelfsturing houden me hierin scherp en in contact met de twee unieke instrumenten die ik heb: mijn geest en mijn lichaam.
Die twee waren niet altijd verbonden. In mijn jeugd was ik een kopvoeter: zo’n bovengemiddeld intelligent kind met een slim hoofd en ergens daar beneden twee voeten. Meer zat er niet tussen. Althans, niet dat ik voelde.
En dat kwam ook wel goed uit. Als kind leerde ik over volhouden, discipline en overeind blijven bij tegenkracht. Ik ontdekte dat ‘kaken op elkaar’ en ‘geen krimp geven’ me ver brachten. En ik was er ook goed in: alles op wilskracht met dat sterke hoofd en gewoon doorlopen met die voeten.
Dit was geen mens uit één stuk. Van buiten zag het er stevig en capabel uit maar van binnen was het leeg en wankel.
Het grote nadeel aan deze strategie was ook dat ik totaal niet in de gaten had wanneer ik mezelf uitputte. Mijn emoties duwde ik weg. Mijn batterij laadde ik niet op. Resultaat: twee burn outs. Dit móest anders.
Met alles wat ik de afgelopen twintig jaar onderzocht had over lichaam en geest, over mindfullness en bezieling, over persoonlijk leiderschap en hoe-leef-ik-mijn-Leven zag ik iets essentieels over het hoofd. Maar wat dan?
Voor het antwoord neem ik je mee naar een zonnige zondagmiddag in het voorjaar van 2020. Ik ben aan het herstellen van corona en mijn tweede burn out en loop mijn dagelijkse rondje bos. Mijn mobiel gaat. Het is mijn opdrachtgever. Hij zegt: “Morgen is er een belangrijke vergadering en ik vind het nodig dat je er bij bent.”
(..)
“Je bent er dus morgen?” Mijn mond gaat open om braaf “ja natuurlijk” te zeggen… en er komt geen geluid uit. Want mijn lijf schreeuwt ‘Nee!’. Nog niet eerder heb ik dit zo duidelijk gevoeld. Aan de andere kant van de lijn gaat het verder: “Ik heb je nodig, Dominique. Het is bovendien ook goed voor jou om hier weer eens heen te komen. Denk er maar even over na dan hoor ik het wel van je.” En in dat moment weet ik het. ‘Denk er maar even over na.’ Dat is nou precies waardoor ik -voor de tweede keer- in deze ellende terecht ben gekomen. Omdat ik, als kopvoeter, alleen maar ‘nadenk over wat ik doe’. En geen gehoor geef aan wat ik voel.
Wacht eens: voel ik nu iets? Ja! Ik voel me misselijk worden. Ik voel dat ik het benauwd krijg. Ik voel dat mijn hele lijf strak staat en mijn buik zeer doet. En ik weet: als ik nu ‘ja’ zeg, gaat het helemaal fout. Als ik nu ‘ja’ zeg, dan word ik NIET beter. Dit besef is er als donderslag bij heldere hemel. En voor het eerst in mijn leven hoor ik mezelf zeggen: “Ik hoef niet na te denken, het antwoord is nee. Ik ben er niet.”
Waarom lukt het nu wel gehoor te geven aan mijn gevoel? Wat is hier nu precies gebeurd? Ik wil het weten.
Opnieuw ga ik op onderzoek uit en lees over het autonome zenuwstelsel. Het blijkt de biologische link tussen mijn denken en mijn voelen. Mooier nog: het is een fysieke link die ik kan reguleren, en versterken. Zo praktisch. Zo dichtbij. Alles wat ik eerder leerde en teachte past er naadloos in. Bingo!
Mijn weg gaat hierover: over in ieder moment mens uit één stuk zijn. Over het verbinden van mijn hoofd, hart en handen. Voor die zondagmiddag in 2020 bleek dat deze verbinding er -nog steeds- niet was. Omdat ik inderdaad iets over het hoofd hád gezien: mijn autonome zenuwstelsel. De missing link tussen mijn hoofd en mijn lichaam. Tussen mijn denken en mijn voelen. Tussen mijn weten en mijn doen.
Deze missing link leren reguleren bleek de enige manier om uit mijn burn out te komen. Sterker nog, de enige manier om van overleven naar leven te komen en IN het leven te stappen dat ik wilde leiden: Autonoom. Onafhankelijk. Lévend. Ik wist dat dit een ander soort leiderschap van mij ging vragen.
Ik heb het Autonoom Leiderschap genoemd.