Authentiek zijn - hoe doe je dat?

Terug

Authentiek [oorspronkelijk] < gr. authentikos (de eerste oorzaak betreffend, uit de eerste hand), van authentès (met eigen hand voltrekkend, veroorzaker)

“Hoe authentiek vind jij zelf dat je bent?” Hij leunt wat voorover en kijkt me doordringend aan om zijn vraag kracht bij te zetten.

In mijn buik trekken spieren samen. Mijn adem stokt, mijn nek wordt strak, mijn ruggengraat deinst een stukje achteruit. Mijn autonome zenuwstelsel is getriggerd.

Ik kijk even naar buiten en neem een adempauze om te registreren welke verdediging nu wordt ingezet. En jawel: mijn verbale strijder en inquisiteur zijn er als de kippen bij: “Hm… en wát bedoel je nu precies met authentiek?” Ik merk hun aanzet in mij op en onderdruk een grinnik. Ik weet wat deze patronen doen: van zich afbijten om mijn geraakt zijn niet te hoeven voelen.

Mijn gesprekspartner ziet mijn onderdrukte glimlach en vraagt met een geïrriteerde frons waarom ik lach. Nu is zíjn systeem in de triggerstand. Gevolg: de verbinding die we aan het opbouwen zijn gaat down. Onze autonome zenuwstelsels voelen zich niet meer veilig bij elkaar en gaan allebei in de verdedigingsstand.

Dit brengt me bij een cruciaal keuzemoment. Vertel ik hem wel of niet wat er zojuist in mij omging? Vanuit mijn authentiek willen zijn is er maar één antwoord mogelijk: ja.

Authenticiteit is een woord dat we graag gebruiken. Maar wat ís dat nu precies? Niet alleen volgens de Van Dale, maar voor jou? En waarom vind jij authentiek zijn belangrijk? Kun je het (af)leren? Nog een belangrijke: hoe weet je in het moment of je het wel of niet bent?

Binnen Autonoom Leiderschap is authentiek zijn geen vage eigenschap of verwegdoel, geen afpellen-tot-een-zuivere-kern. Het is een keuze.

Het is de keuze om, in rustig contact met je lichaam, de ander van moment tot moment te laten zien wat er met je gebeurt. En daarmee is authentiek zijn ook meteen een werkwoord.

Het gaat over van moment tot moment zichtbaar en raakbaar willen zijn. “Ja Dominique mooie woorden, maar hoe dóe ik dat? Ik neem het me steeds voor, maar in de praktijk lukt het me niet. Als ik echt geraakt word sla ik dicht, ga ik vechten of wil ik alleen maar wegwezen. Niks open en raakbaar zijn.”

Terechte vraag!

Allereerst: authentiek zijn sluit niets uit. Het gaat over wat er van moment tot moment in jou gebeurt. Oók wanneer dat een verdedigingsreflex is. Ook wanneer de tranen je in de ogen springen en woorden even niet door je keel heen komen. Hierin rustig aanwezig blijven, in contact met je lichaam én in verbinding met de ander kan soms onmogelijk lijken.

Ik zei het al: authentiek zijn is een keuze én een werkwoord. Juist daar waar je geraakt wordt of waar jij je in een spanningsveld bevindt, is haar werkterrein. En daarin heeft ze jou nodig.

Authentiek zijn stelt van moment tot moment drie vragen:

Kan ik een kwart van mijn aandacht naar binnen gericht houden in contact met mijn fysieke systeem, terwijl driekwart naar buiten kijkt?

Heb ik inzicht in de gevoeligheden en verdedigingsreflexen van mijn autonome zenuwstelsel?

Kan ik in het moment zelf naar de ander verwoorden hoe mijn autonome zenuwstelsel reageert én wat het nodig heeft om helder en rustig aanwezig te blijven?

Wanneer je zo -vanuit je autonome zenuwstelsel- je authentiek zijn beoefent, hoeft jouw oorspronkelijke persoonlijkheid niet ergens in de toekomst pas tevoorschijn te komen. In het beoefenen zelf is ze er. Ben jij er. Echt. Zichtbaar. Raakbaar.

Lukt mij dit altijd? Zeker niet. En ook dat is het mooie van authentiek zijn. Ieder moment is nieuw en biedt mij een gelegenheid om op de dingen terug te komen. Alsnog te laten zien waar ik geraakt werd en waar ik inschoot.

Terug naar het gesprek met mijn collega-ondernemer: “Ik moest lachen omdat ik merkte dat ik ergens inschoot”. Hij reageert verrast. Wil weten hoe ik dit in mezelf registreerde, wat precies de aanleiding was en hoe ik mijn systeem weer kalmeerde. De vraag hoe dit waarnemings- en reguleringsproces voor hem zou kunnen werken, is een logische volgende.

Over authenticiteit hebben we het die middag niet meer gehad. Over echt zijn des te meer.